Vlaanderen moet regelgeving bij co-ouderschap herzien
Alleen de ouder bij wie een kind gedomicilieerd is, krijgt vandaag een vermindering van de onroerende voorheffing. Volgens het Grondwettelijk Hof is dat discriminerend.
Eigenaars van vastgoed betalen jaarlijks onroerende voorheffing. In het Vlaams Gewest krijgen ouders met minstens twee kinderbijslaggerechtigde kinderen een vermindering. Een voorwaarde is dat de kinderen op 1 januari van het aanslagjaar gedomicilieerd zijn op het adres van de woning waarvoor de vermindering van toepassing is. Kinderen kunnen maar op één adres hun hoofdverblijfplaats hebben, ook al wonen ze na een relatiebreuk om beurten bij elke ouder. Een co-ouder bij wie het kind niet gedomicilieerd is, kan dus geen vermindering krijgen, ook niet gedeeltelijk.
Het Grondwettelijk Hof velde een arrest over een prejudiciële vraag en oordeelde dat er sprake is van een schending van het gelijkheidsbeginsel. “De uitspraak is geen verrassing”, zegt Vlaams minister van Financiën Matthias Diependaele (N-VA). “We hadden daarop geanticipeerd en ons al voorbereid. Op dit moment werken we een nieuwe regeling uit, om ze te laten intreden vanaf begin volgend jaar. Omdat de huidige regelgeving niet vernietigd is, gaan we niets meer wijzigen aan de verzending van de huidige aanslagbiljetten 2022. Het proces van het uitsturen van de aanslagbiljetten loopt ook al volop.”
Brussel en Wallonië
Eerder waren er al gelijkaardige arresten over analoge wetgeving in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het Waals Gewest. “In beide gewesten is de wetgeving intussen aangepast”, zegt fiscaal advocaat Thierry Lauwers. “In Brussel heeft elke ouder recht op een proportionele vermindering van de onroerende voorheffing in verhouding tot de periode waarin de kinderen effectief gehuisvest zijn bij hem of haar. Er zijn wel voorwaarden. Het voordeel moet bijvoorbeeld expliciet aangevraagd worden ten laatste op 31 maart van het jaar.”
In het Waals Gewest krijgen beide co-ouders elk de helft van de vermindering. De vermindering voor kinderbijslaggerechtigde kinderen is in Vlaanderen een forfaitair bedrag dat van de basisheffing wordt afgetrokken en verhoogd wordt met opcentiemen. Die forfaitaire vermindering stijgt met het aantal kinderen. Voor twee kinderen bedraagt die voor 2022 13,54 euro, voor drie kinderen 21,44 euro, voor vier kinderen 30,02 euro en voor vijf kinderen 39,35 euro.
› De Tijd